 
- Afb. 1 Bedieningshendel: Snelheidsregelsysteem
Geldt voor wagens: met snelheidsregelsysteem
Om de snelheid te verhogen of te verlagen, drukt u de hendel in richting -+- of -–- Afb. 1.
Om de weergegeven snelheid op te slaan, laat u de hendel los.
U kunt de snelheid ook verhogen door het gaspedaal in te trappen, bijvoorbeeld om in te halen. Na het loslaten van het gaspedaal wordt naar de opgeslagen snelheid teruggeregeld.
Als u echter de opgeslagen snelheid langer dan 5 minuten met meer dan 10 km/h overschrijdt, wordt het snelheidsregelsysteem tijdelijk uitgeschakeld. Het groene controlelampje  in de snelheidsmeter gaat uit, de opgeslagen snelheid blijft behouden.
 in de snelheidsmeter gaat uit, de opgeslagen snelheid blijft behouden.
 in de snelheidsmeter gaat uit, de opgeslagen snelheid blijft behouden.
 in de snelheidsmeter gaat uit, de opgeslagen snelheid blijft behouden.