Gebruiksaanwijzing AUDI Q7 jaar version 2010
 Audi Q7   Bediening   Licht en zicht  Ruitenwissers
Ruitenwisserhendel in de gewenste stand bewegen:
-0- - Ruitenwissers uit
-1- - Intervalfunctie. De ruitenwissers worden vanaf een snelheid van ca. 4 km/h automatisch ingeschakeld. Hoe gevoeliger de regensensor wordt ingesteld (schakelaar -A- omhoog), des te eerder reageren de ruitenwissers op vocht op de voorruit.
-2- - Langzaam wissen
-3- - Snel wissen
-4- - Eén keer wissen
-5- - Voorruit schoonmaken. Om waterdruppels te verwijderen, wist de ruitenwisser tijdens het rijden na enkele seconden nog een keer na. Om de functie uit te schakelen, de hendel binnen 10 seconden na het nawissen opnieuw in stand -5- zetten. Als het contact de volgende keer wordt ingeschakeld, is de nawisfunctie weer actief.
Koplamp* schoonmaken. De koplampsproeiers* werken alleen bij ingeschakelde verlichting. Bij de eerste en elke vijfde keer bedienen van de hendel in stand -5- worden de koplampen automatisch schoongemaakt. Bovendien worden de koplampen altijd dan schoongemaakt, als de hendel langer dan 2 seconden in stand -5- bewogen wordt.
-6- - Achterruit wissen. De achterruitwisser beweegt ca. elke 4 seconden.
-7- - Achterruit schoonmaken. Het aantal wisbewegingen is afhankelijk van hoe lang u de hendel in stand -7- houdt.
Winterstand
Wanneer de buitentemperatuur lager is dan 4 °C gaan de ruitenwissers na het uitschakelen van het contact naar de winterstand. In deze stand kunnen vastgevroren ruitenwissers sneller worden ontdooid. De ruitenwissers bevinden zich dan namelijk op een gedeelte van de ruit dat door de luchtroosters onder de ruit wordt bereikt. Bovendien is het zo makkelijker om de ruitenwissers ijs- en sneeuwvrij te maken.
De ruitenwissers verlaten de winterstand wanneer het contact wordt ingeschakeld en de ruitenwisserhendel wordt bediend, of wanneer de ruitenwissers worden ingeschakeld door de regensensor.
ATTENTIE!
  • De regensensor heeft slechts een ondersteunende functie. De bestuurder wordt daarnaast geacht de ruitenwissers al naar gelang het zicht handmatig in te schakelen.
  • De voorruit mag niet met waterafstotende middelen worden behandeld. Anders is er in situaties waarbij het zicht slecht is, bv. bij regen, als het donker is, of bij laagstaande zon, een groter gevaar voor verblinding - gevaar voor ongevallen! Bovendien kunnen de ruitenwisserbladen gaan bobberen.
  • Onbeschadigde ruitenwisserbladen zijn voor helder zicht en een veilige rit beslist noodzakelijk - gevaar voor ongevallen Link!
Voorzichtig!
  • Bij vorst controleren of de ruitenwissers niet zijn vastgevroren. Als u de vastgevroren ruitenwissers inschakelt, kunnen de wisserbladen beschadigd worden!
  • Voordat u met uw wagen een wasstraat in rijdt, moet de ruitenwisserinstallatie uitgeschakeld worden (hendel in stand 0). Hierdoor wordt onbedoeld inschakelen en zodoende schade aan de ruitenwisserinstallatie voorkomen.
Aanwijzing
  • De ruitenwissers worden bij het uitschakelen van het contact uitgeschakeld. Nadat het contact opnieuw is ingeschakeld, kunt u de ruitenwissers inschakelen door de ruitenwisserhendel in een willekeurige stand te zetten.
  • Versleten of vervuilde ruitenwisserbladen veroorzaken streepvorming. Hierdoor kan de werking van de regensensor worden verminderd. Ruitenwisserbladen regelmatig controleren.
  • De ruitensproeiers worden bij ingeschakeld contact en lage temperaturen verwarmd.
  • Bij een tijdelijke stop, bijvoorbeeld voor een stoplicht, wordt de ingestelde snelheid van de ruitenwisser automatisch een niveau teruggeschakeld.

Alle afbeeldingen, logo's en teksten zijn eigendom van Audi ©. Deze website heeft geen relatie met het bedrijf Volkswagen - Audi Spanje of een van haar dochterondernemingen ter wereld. Meer informatie. Om contact op te nemen met de auteur van deze website, klik hier.